regie en productie Remy Vlek, montage Jos Driessen
Documentair portret, 50 minuten, voor AVRO's Close-Up
De van oorsprong Antilliaanse architect, hoogleraar en publicist Carel Weeber heeft vijftig jaar lang van zich laten horen als spraakmaker van nieuwe thema's en dilemma's in de wereld van architectuur, bouwen, wonen en volkshuisvesting.
Exact na 50 jaar verlaat hij Nederland om terug te keren naar het door hem geliefde Curaçao waar hij zijn eigen Wilde Woning heeft gebouwd. De film neemt Weeber nog een keer mee op een tocht langs de lelijkste, mooiste en meest spraakmakende gebouwen uit zijn oeuvre als architect en staat stil bij de aanstaande sloop van 'zijn' Zwarte Madonna in hartje Den Haag.
De Sloop van een Standpunt
11 juni 2007 / Sebas Veldhuisen
ARCHITECTUUR
Aan de vooravond van de dramatische sloop van de Zwarte Madonna vertoonde STROOM Den Haag de film Dwars. De erfenis van architect Carel Weeber. Filmmaker Remy Vlek ging na afloop van de documentaire in gesprek met de ex-architect over de houdbaarheid van architectuur en met name over de houdbaarheid van Weebers eigen standpunten.
Boos is Weeber wanneer Remy Vlek hem vraagt naar de politiek van zijn gebouwen. Politiek en architectuur zijn onverenigbaar volgens Weeber. Bernard Hulsman, die vorige week in het NRC schreef over de totalitaire kant van Le Corbusier, is de aanleiding van zijn woede. In zijn artikel over de tentoonstelling in het NAi schildert Hulsman Le Corbusier af als een architect die dweepte met machthebbers als Mussolini, Hitler, Stalin en de Vichy-regering, verwijzend naar zijn megalomane ontwerpen voor binnensteden van Parijs en Rome. Dat 's werelds beroemdste architect een brief aan de Führer heeft geschreven zegt volgens Weeber niets over de waarde van zijn architectuur. Picasso had ook een briefwisseling met Hitler, dat zegt evenmin iets over de waarde van zijn schilderijen. 'Kijk nu eens los van politiek naar een gebouw,' applaus in de zaal.
En bij de Zwarte Madonna ligt deze waarde besloten in het minimalistische en het functionele van de architectuur: een laatste schoolvoorbeeld van het modernisme. Zijn bewondering voor de Nul-beweging in de kunst - die begin jaren zestig werkte aan een soort anti-schilderkunst van monochromie en zich repeterende abstracte vormen - is volgens de architect achteraf gezien terug te vinden in dit bolwerk van sociale woningbouw. Dat de Madonna zwart werd en niet wit zoals het eerste ontwerp, of blauw zoals het voorstel van de welstand, is volgens Weeber het enige goede antwoord op Den Haag: ‘wit is te Haags en Richard Meier hoorde je al binnenlopen’. De keuze was in een seconde gemaakt. In de documentaire Dwars onderstreept architectuurhistoricus Wouter Vanstiphout (Crimson) nog eens het iconische karakter van de Zwarte Madonna en het gedachtegoed dat het vertegenwoordigt. Niet alleen vanwege de vormgeving maar vooral ook door zijn ligging in de stad, als een sociaal baken middenin het politieke centrum. Dat dáár door toenmalig wethouder Adrie Duijvestein een dergelijk gebouwd statement mogelijk werd gemaakt zegt alles over de sociale gedrevenheid van de politiek in die tijd.
Dat deze verworvenheid van democratie in de architectuur een belangrijke cultuurhistorische waarde heeft weerhoudt de huidige wethouder er niet van de sloop rücksichtslos (en zonder terugblik) uit te voeren. Deze populistische wethouder Norder, die zich vermomt als sociaal democraat, vertelt in de documentaire met een haast sarcastische grijns, dat de sloop van dit monster nu eindelijk echt definitief is (rumoer in de zaal). Geen twijfel, geen spijt. Wat zijn PvdA-collega op dezelfde post vijfentwintig jaar eerder met hart en ziel voor elkaar kreeg, heeft als politiek standpunt geen enkel bestaansrecht meer. En dat terwijl deze wethouder van wonen zo vol is van zijn betrokkenheid bij de burger. Norder maakt met zijn opmerking zichzelf, zijn partij en de gemeentepolitiek zo ongeloofwaardig dat je haast gaat hopen dat het een nare droom is en dat de Zwarte Madonna zich als jonge vrouw staande weet te houden tussen de macho-architectuur van geld en macht.
Weeber was in de jaren tachtig volgens Vanstiphout de belangrijkste architect van ons land. Zijn controversiële houding heeft hem beroemd gemaakt, maar ook achtervolgd. De documentaire laat een ontwapend portret zien van Weeber die vanaf daken terugblikt op zijn gebouwde erfenis. Hij bespreekt de situatie waarin de gebouwen ontstonden en illustreert daarbij het tragische verhaal van de Peperklip, thans een belangrijk architectuuricoon. Jarenlang was deze typische Rotterdamse sociale woningbouw echter een sociaal wespennest. De omgeving die nu Kop van Zuid heet was een moddervlakte met wat havenkranen en containers. Nu staat de Peperklip als volwassen gebouw op een ideale plek in de stad. Na bakken kritiek die over Weeber zijn uitgestort over de Peperklip lijkt Rotterdam nu dan eindelijk respect te krijgen voor dit jonge culturele erfgoed.
Geld, zegt Weeber, is het voornaamste middel dat bepaalt hoe gebouwen er uit zien. Het beperkte budget voor woningbouw in de jaren tachtig heeft de Madonna gevormd. Het hogere budget voor huidige gebouwen maakt meer mogelijk, maar levert niet vanzelfsprekend betere architectuur op. Het is niet de cultuur die evolueert concludeert Weeber. Cultuur gaat niet voor- of achteruit. Dus ook de architectuur niet. De architectuur is vooral een uitdrukking van een bepaald moment.
Dat moment is voor de jonge Zwarte Madonna te vroeg beëindigd. Met haar sterft een gedachtegoed. Haar val is op woensdag 6 juni 2007 een onomkeerbaar feit.